LEZEN: 1 Tess. 5:8-22 Verblijd u altijd. Bid zonder ophouden. Dank God in alles. Want dit is de wil van God in Christus Jezus voor u. – 1 Tess. 5:16-18
In het slot van de brief aan de Thessalonicenzen staat een aantal aansporingen tot een levend geloof. Dat is een geloof waarmee je in alle dingen altijd met God verbonden bent. In onze tekst staat de oproep om altijd blij te zijn en om in alles dankbaar te zijn. Altijd en onder alle omstandigheden. Dat lijkt een onmogelijke opgave voor zwakke mensen. Maar daartussen staat: “bid zonder ophouden”.
Het verband is: bidden en blij zijn. In ons bidden hebben wij verbondsverkeer met God de Vader. Door Christus´ verzoening en voorbede mogen we altijd en onder alle omstandigheden komen tot de troon der genade.
We mogen hem alle nood voorleggen, alles aan Hem opdragen en Hem tegelijk voor alles danken. Een geweldig voorrecht! We mogen altijd vertrouwelijk omgaan met onze Verbondsgod en Vader in de hemel! Reden tot blijdschap en dankbaarheid. Ook als er verdriet is.
De Heere wil dat we dat dan ook voortdurend uiten in ons gebed. Hij wil geëerd en geprezen worden. De mens is van nature op zichzelf gericht. Maar de Here leert ons heel anders. Hij wil dat wij heel ons leven op Hèm richten. Dat is de betekenis van: “want dit is de wil van God in Christus Jezus voor u”. Gods wil is hier Zijn welbehagen, Zijn raad.
Gods wil is dat wij in Christus, – in gemeenschap met onze Verlosser – een vertrouwelijke omgang met Hem hebben. Hij wil dat we Hem altijd overal in kennen, ons in Hem verheugen en Hem dank bewijzen. Zo kan ons dagelijkse leven op aarde Hem aangenaam zijn. Om dat uit te kunnen voeren moeten we ook bidden om de Heilige Geest, dat Hij ons helpt met onze gebeden.
Hoort blijdschap ook bij uw/jouw geloofsleven?
Zingen: Ps. 40:7