LEZEN: Deut. 29:29 – 30:14
De verborgen dingen zijn voor de HEERE onze God, maar de geopenbaarde dingen zijn voor ons en onze kinderen, tot in eeuwigheid, om al de woorden van deze wet te doen. – Deut. 29:29
De derde bede van het onze Vader is: “Uw wil geschiede, zoals in de hemel zo ook op de aarde?” Wat wordt bedoeld met Gods wil?
Er zijn twee soorten wil. Allereerst Gods wil, Gods welbehagen. Het was Gods wil om aarde en hemel, zee en alles wat er in is te scheppen en te onderhouden. Het was Gods wil om Zijn Zoon te zenden om ons te redden door het geloof in Hem. Het is Gods wil dat er een nieuwe hemel en aarde komt. Dat is Gods welbehagen, zijn soevereine wil.
Niet alles daarvan heeft Hij ons in zijn Woord geopenbaard. Veel is verborgen. Als God Zijn wil uitvoert moeten wij dat aanvaarden. Zoals Jezus zei in de Hof van Gethsémané: Mijn Vader, als deze drinkbeker niet aan Mij voorbij kan gaan, laat uw wil dan geschieden, Matt. 26:42.
Maar er is ook een geopenbaarde wil van God. Die wil staat in de Bijbel. Daar mogen we niet tegen ingaan. Dat betreft Gods geboden. Die geeft God ons om ze te doen. Dat vraagt een actieve houding. God wil dat we zijn geboden in acht nemen, en dus uitvoeren. De Heere Jezus heeft voor ons volkomen gehoorzaamheid getoond. Ook weten we dat we onze zaligheid niet kunnen verdienen met het doen van Gods geboden.
Toch vraagt de Heere om onze dankbaarheid te tonen in heel ons leven als een levend dankoffer. Om zó vernieuwd te worden dat we kunnen onderscheiden wat de goede, welbehaaglijke en volmaakte wil van God is (Rom. 12: 1,2).
Is er verband tussen de 2e en 3e bede?
Zingen: Ps. 19: 3