LEZEN: Matt. 5:17-20
Nu dan, Israël, luister …; opdat u leeft … U mag aan het woord dat ik u gebied, niets toevoegen en er ook niets van afdoen … uw ogen hebben gezien … dat de HEERE, uw God, iedereen die achter Baäl-Peor aan ging uit uw midden weggevaagd heeft. U daarentegen die zich aan de HEERE, uw God, vastgehouden hebt, bent heden allemaal nog in leven. – Deut. 4:1-4
In onze tijd is geloof meer een zaak van gevoel en beleving geworden dan van luisteren en gehoorzamen. Toch kun je God en het Evangelie niet kennen zonder te luisteren en lezen. Want God heeft Zichzelf in dat Woord geopenbaard. En Zijn Zoon komt daarin naar je toe. Gods Woord is een echt verbondswoord: het laat alles zien wat nodig is voor het leven onder Gods zegen. Hoe Hij ons gemaakt heeft, Zich aan ons verbonden heeft en hoe Christus ons met God verzoend heeft en naar het eeuwige leven brengt.
Ook Gods geboden horen daarbij. Het zijn woorden van Zijn liefdesverbond, liefdesgeboden. Wet en evangelie horen bij elkaar. Je mag ze niet uit elkaar trekken. Dan gaat het mis. Als je Gods wet losmaakt van het evangelie, zie je de wet niet meer als liefdeswoord om God en je naaste lief te hebben. En als je de wet wegdoet, hoe kun je dan je zonden kennen en dankbaarheid voor je verlossing tonen? God heeft ze beide gegeven. Elk woord ervan hebben we nodig voor onze zaligheid en om God te eren, als woord van God, door Hem geademd. We mogen er niets van afdoen en er niets aan toevoegen.
Mozes moest dit namens de HEERE aan Israël voorhouden en Johannes bindt het ons op het hart op de laatste bladzij van de Bijbel met de dreiging dat je zaligheid op het spel staat (Openb. 22). Maar ook als je de Bijbel intact laat, moet je er wel in lezen en ernaar luisteren. Israël had daar heel veel moeite mee. Bij zoveel gunstbewijzen zijn velen ongehoorzaam geweest aan Gods beloften en Zijn wet. In plaats van te mogen leven onder Gods zegen, zijn ze door Hem weggevaagd. Laten nu de overgeblevenen luisteren naar wat de HEERE hen zegt. Wij ook!
Hoe goed ken jij de Bijbel? Werk je daaraan?
Zingen: Ps. 19:4
