17 AUGUSTUS 2023 – SLECHTHEID

LEZEN: Gen. 6:1-8: … En de HEERE zag dat de slechtheid van de mens op de aarde groot was, en dat al de gedachtenspinsels van zijn hart elke dag alleen maar slecht waren. Toen kreeg de HEERE er berouw over dat Hij de mens op aarde gemaakt had, en het bedroefde Hem in Zijn hart … Maar Noach vond genade in de ogen van de HEERE.

Gen. 6: 1-7 is één van de treurigste passages uit de Bijbel. De lijn die Kaïn na de zondeval èn de moederbelofte had ingezet, krijgt nu ook vaste voet in de kerk. De zondige aard krijgt het voor het zeggen: de meerderheid is slecht in de ogen van de HEERE. Vooral het hart van de mens is slecht. Dat betekent dat men zich van God afkeert. Er wordt bij de meesten geen geloof meer gevonden. Dat kwaad woekert voort als kanker, zelfs in de kerk (2 Tim. 2:17). Hoe is dat te verklaren?

De zonde in het paradijs was gevolg van toegeven aan verleiding. De begerenswaardige vrucht werkte betoverend toen het hart van Adam en Mannin niet naar God uitging. Datzelfde gebeurt nu ook in de kerk in de dagen van Henoch. De zonen van God, opgenomen in Gods verbond, leden van Zijn kerk, zien dat de dochters van de wereld mooi zijn. Ze bezwijken onder die verleiding, omdat er geen waar volhardend geloof is. Ze nemen zich vrouwen uit de wereld. En zo past de kerk zich aan de wereld aan, en dreigt zij ten onder te gaan. 

De HEERE heeft door Zijn Geest wel Zijn profeten, waaronder Henoch, Zijn kerk laten oproepen tot bekering en reformatie. Maar wie heeft zich daardoor willen terugroepen? De HEERE ziet de algemene verdorvenheid en onbekeerlij­kheid en komt tot Zijn conclusie: Mijn Geest zal niet eeuwig met de mens twisten. Hij stelt nog een termijn van 120 jaar. Als zij  zich niet bekeren volgt definitief de toegezegde dood voor alle mensen. 

Want God krijgt berouw dat Hij de mens geschapen heeft! God gaat zijn verbondswraak uitvoeren nu de mens Hem ondanks Zijn verbondsliefde en goedheid, verlaten heeft. Daarmee toont God zich niet veranderlijk maar reageert Hij op de verdorvenheid van de mens. Gods raad is daarbij niet in het geding. God voert de dreiging van Zijn verbond uit.

Zie je overeenkomst met de situatie in onze tijd?

Zingen: Ps. 14:3,4