Geestelijke liederen buiten de eredienst (2)
Welk Godsbeeld?
In opwekkingsliederen wordt vaak een ander beeld neergezet van God, dan God over Zichzelf openbaart in Zijn Woord. Namelijk een beeld van ‘God die liefde is’, die ongeacht ons doen en laten, van ons houdt. Ja, die van iedereen houdt.
Daarachter gaat schuil het niet erkennen van de uitverkiezing door evangelische kringen. Dan houd je een soort algemene verzoening over. Gods liefde wordt losgemaakt van zijn rechtvaardigheid.
Verder moeten we aan de Heere recht doen ook in onze liederen: God is goed maar ook heilig. God vergeeft maar Hij houdt de schuldige die niet bij Christus’ bloed schuilt, niet voor onschuldig. Hij is geduldig, maar straft ook.
Verbond en kerk
In plaats van een verbondsomgang zie je een patroon van het bevredigen van het gevoel. De nadruk komt te liggen op het beleven. De tekst is vaak zweverig, weinig concreet, met veel symboliek. Iedereen kan er het zijne van maken. Je voelt bijvoorbeeld heel speciaal de nabijheid van God. Hij moet je aanraken, optillen.
Het past bij een charismatische belevingswereld, waarbij zintuigen van zien, voelen en tasten worden aangesproken. Alles moet een goed, blij en vooral diep geraakt gevoel geven.
Hoewel dit ingekleed wordt met vrome taal en Bijbelse uitdrukkingen, zijn we hier toch thuis bij het postmoderne gevoel dat de plaats van het geloof heeft ingenomen.
Kerk of individu? Veel mystieke en evangelische op- wekkingsliederen gaan uit van een persoonlijke relatie. De kerk van Christus als volk van God, komt niet of nauwelijks in beeld.
Ter illustratie van deze problemen volgt hieronder een korte bespreking van drie bekende opwekkingsliederen.
VOORBEELD 1: Opwekkingslied 488: ‘Heer, ik kom tot U’
1. Neem mijn hart, verander mij.
Als ik u ontmoet vind ik rust bij U.
Want Heer ik heb ontdekt,
dat als ik aan Uw voeten ben
trots en twijfel wijken voor de kracht van uw liefde refrein:
Houd mij vast, laat uw liefde stromen.
Houd mij vast, heel dicht bij uw hart.
Ik voel uw kracht en stijg op als een arend. Dan zweef ik op de wind,
Gedragen door uw Geest en de kracht van uw liefde.
2. Heer komt dichterbij dan kan ik uw schoonheid zien
En uw liefde voelen, diep in mij.
En Heer, leer mij uw wil zodat ik U steeds dienen kan
En elke dag mag leven door de kracht van uw liefde. refrein
Commentaar: Dit is een soort gebed om een persoonlijke gevoelsontmoeting met de Heere. Waarbij de liefde van God in ons stroomt. De dichter wil God van dichtbij zien en voelen. Zijn schoonheid, zijn liefde, zijn kracht. Zodat hij kan zweven.
Is dit geen pure mystiek? Waarbij voelen en tasten van God een bijzondere gemoedstoestand teweeg brengt? Iedereen is gevoelig voor dit soort emotionele ervaringen. Maar dit is geen Bijbeltaal en heeft niets met geloof te maken of met vertrouwelijke verbondsomgang met de Heere. In feite is het leeg en doet tekort aan Wie God is. Het doet eerder denken aan afgodische manipulatie.
VOORBEELD 2: Opwekkingslied 581: ‘Til me op, til me op’
Ik wil heel dicht bij U zijn,
als een kind bij de vader op schoot.
Ik wil heel dicht bij U zijn|
dat is de plek waar ik hoor refrein:
Til me op, neem mij in uw armen.
Til me op, houd mij dicht tegen u aan.
Til me op, ik wil U omarmen.
Til me op en laat mij niet meer gaan.
Commentaar: De rest van het lied gaat zo maar door. Ook hier is aanraking bedoeld als ervaring van troost. Zodat je daardoor alle zorgen vergeet. Je mag zelf bedenken wat het betekent: ‘en laat mij niet meer gaan’. Een leeg lied dat goed moet voelen.
(wordt vervolgd)
