LEZEN: Joh. 1:6-18: … Dit was het waarachtige licht .. Hij kwam tot het Zijne maar de Zijnen hebben Hem niet aangenomen … Maar allen die Hem hebben aangenomen … En het Woord is vlees geworden en heeft onder ons gewoond … vol van genade en waarheid …
Al vanaf Gen. 3:15 is getuigd dat de Zaligmaker zou komen. Dat was al licht voor de mensen, die zich aan deze belofte mochten vastklampen. Toch was er veel duisternis van zonde en verderf. Maar daar komt verandering in als Johannes de Doper de komst van het Licht mag aankondigen.
Hij was speciaal met die opdracht op de wereld gekomen (Luk. 1:5-17) en aangekondigd in het slot van het Oude Testament (Mal. 4:5,6). Johannes moet het volk voorbereiden op Zijn komst, maar Hem ook als Verlosser aanwijzen. Zijn belangrijkste werk is van Hem getuigen.
Door Gods openbaring wijst hij met zekerheid Jezus aan als de beloofde Christus. Dat is geen bedenksel maar goddelijke waarheid, en daarom een zaak van onverdiende ontferming met een oproep tot geloof en bekering (vs.7).
Nu is het bijzonder onthutsende en verdrietige dat niet alleen het grootste deel van de wereld, maar zelfs de meerderheid van Gods eigen volk Gods Zoon, het waarachtige Licht, niet als Verlosser aanneeemt maar Hem zelfs verwerpt (vs. 10,11). Terwijl door Hem de wereld toch is ontstaan en Gods volk ook Zijn beloften heeft!
Toch is er evangelie: allen die Hem aannemen zijn voortaan Zijn kinderen. Ze zijn daartoe door God Zelf wedergeboren (vs. 12,13). Voor hen die Hem na Zijn komst op aarde kennen, is duidelijk hoe heerlijk Hij is in spreken en handelen. Hij is als Jezus Christus werkelijk Gods eniggeboren Zoon, vol van genade en waarheid.
Hij is gekomen om hen, die in Hem geloven te bevrijden uit de macht van zonde en dood, terwijl zij dat niet verdienen. Ook heeft Hij in heel Zijn leven laten zien, wat waarheid is: de echtheid en trouw van Gods beloften en Gods gerechtigheid!
Tenslotte heeft Hij ons als Gods Zoon God de Vader Zelf leren kennen zoals Hij werkelijk is: barmhartig en rechtvaardig.
Kun je begrijpen dat de meerderheid niet gelooft?
Zingen: Ps. 36:3
