LEZEN: Joh. 6:1-15: … En een grote menigte volgde Hem, omdat zij Zijn tekenen zagen, die Hij deed aan de zieken …
De Heere Jezus is in alles bezig om te laten zien wie Hij is, waarom Hij op aarde is gekomen, in welke gestalte, met welk doel. Wat Hij ook doet en zegt, het heeft met Zijn grote opdracht van God de Vader te maken. We horen van het rijke Evangelie, van tekenen die dit ondersteunen, maar ook van waarschuwingen.
We lezen ook van de reacties van de mensen daarop. Sommigen geloven, maar de meeste verwerpen Hem. Toch gaat Jezus verder en confronteert Zich ook met degenen die Hem verwerpen. Hij zoekt met het evangelie de harten. Niemand van Zijn volk zal kunnen zeggen, dat ze van Hem en Zijn evangelie niet gehoord hebben.
Dit Schriftgedeelte betreft eerst een wonderlijk teken, dat wijst op Jezus’ heerlijke werk van verlossing en eeuwig leven, net zoals bij het vorige teken (de genezing van de verlamde). Overigens gebeurt dit waarschijnlijk een jaar na het vorige wonder: beide vlak voor het Paasfeest. Wat in de tussentijd heeft plaatsgevonden, staat in de andere evangelieën beschreven.
Jezus laat Zich nu kennen als het ware Brood, waardoor het ware leven mogelijk is. Hij bevindt Zich met zijn discipelen bij het meer van Galilea. Het zijn niet de Farizeeën en Schriftgeleerden, maar het volk dat Hem opzoekt. Ze komen in grote aantallen: alleen al de mannen zijn met ongeveer vijfduizend. Ze zijn nieuwsgierig vanwege zijn wonder-tekenen van genezing, waarvan er inmiddels meerdere zijn gedaan.
Dat wil niet zeggen dat ze Hem nu aanvaarden als de Christus, Die hen komt verlossen van hun zonden en de gevolgen ervan. Het wil ook niet zeggen dat ze graag naar Zijn evangelie luisteren. Nee, het gaat hen om nieuwe wondertekenen.
Ook nu doet Jezus een wonder: Er vindt een wonderbare spijziing plaats met slechts 5 broden en 2 visjes. Na het eten blijven er nog 12 manden van het brood over.
Indrukwekkend. De mensen zeggen: Hij is de Profeet! Maar Jezus wil Zich niet met geweld tot aards koning laten maken en trekt Zich terug.
Was het met Jezus op aarde gemakkelijker om in Hem te geloven?
Zingen: Ps. 145:1
