LEZEN: Dan. 12:1-4: … de verstandigen zullen blinken …
Hoofdstuk 11 spreekt over wat zich vóór de komst van de Christus afspeelt. In hoofdstuk 12 gaat de openbaring verder over ontwikkelingen van de nieuwtestamentische tijd. Het wordt voor de kerk nog steeds niet gemakkelijk: “het zal een benauwde tijd zijn, zoals er niet geweest is sinds er een volk is geweest, tot op die tijd” (vs.1).
In de rede over de laatste dingen van Matt. 24 verwijst de Heere Jezus in vers 15 naar Dan. 11 en 12: “Wanneer u dan de gruwel van de verwoesting, waarover gesproken is door de profeet Daniël, zult zien staan op de heilige plaats – laat hij die het leest, daarop letten!”
Hij haalt dan in vers 21 van deze rede de woorden van Dan. 12:1 aan: ”Want dan zal er een grote verdrukking zijn, zoals er niet geweest is vanaf het begin van de wereld, tot nu toe, en zoals er ook nooit meer zijn zal.”
Dit is in Daniël 7 al aan de orde geweest. De verdrukkingen met de “gruwel van de verwoesting op de heilige plaats” vonden plaats onder de wrede koning Antiochus Epifanes, maar zullen er ook later weer zijn.
De ontwikkelingen die Daniël ziet voor de nabije toekomst, luiden als het ware de zware verdrukking in de verre toekomst in. Zo waren ze er onder keizer Nero.
Ook in onze tijd houden de verdrukkingen van de kerk niet op. Ze houden aan tot aan de jongste dag, en zullen in de allerlaatste tijd zelfs extra zwaar worden. Dan zal de antichrist zich sterk laten gelden en er zal er veel kerkverlating zijn. Zelfs in kerken zal het dienen van God worden veranderd in het dienen van de mens.
Het komt erop aan om vast te houden aan het evangelie; dan is er uitkomst op de jongste dag voor hen die in het boek des levens staan: opstanding tot het eeuwige leven in heerlijkheid. Maar zij die het geloof opgeven, zullen dan opstaan tot de eeuwige verdoemenis (Joh. 5:29, Matt. 25:34,46).
De woorden over dat einde moet Daniël nog verzegeld houden (vs.4): zorgvuldig bewaren om met de kennis ervan in de laatste eindtijd te kunnen volharden tot de zaligheid.
Lijden wij verdrukking? Hoe?
Zingen: Ps. 28:4,5