Bijbels Dagboek

LEZEN: 1 Kon. 3:4-28: … geef dan Uw dienaar een opmerkzaam hart … Salomo gaat naar de tabernakel te Gibeon om aan het begin van zijn regering voor God te verschijnen om Hem zijn afhankelijkheid en dankbaarheid te tonen: hij brengt 1000 brandoffers voor het aangezicht van de HEERE (zie ook 2 Kron. 1).  In […]

LEZEN: 1 Kon. 3:1-3: … hij nam de dochter van de farao tot vrouw … Alleen offerde het volk nog op de hoogten … Salomo had de HEERE lief, door te wandelen overeenkomstig de verordeningen van zijn vader David … Alleen bracht hij …. op de offerhoogten. Salomo trouwt al op jonge leeftijd met een

LEZEN: 1 Kon. 2:12-46: … zo wed het koningschap … bevestigd.  Niet lang na de dood van David benadert Adonia de moeder van Salomo met een verzoek. Zij moet een goed woordje voor hem doen bij de koning. Hij begint met listige woorden wat verraadt dat hij niets goeds van plan is. Eerst zegt hij

LEZEN: 1 Kon. 2:1-11: … Vervul je taak ten behoeve van de HEERE je God, door in Zijn wegen te gaan en door Zijn verordeningen, Zijn geboden, Zijn bepalingen en Zijn getuigenissen in acht te nemen … opdat de HEERE Zijn woord … gestand zal doen … Na de haastige kroning van Salomo en het

LEZEN: 1 Kon. 1:32-52: … dan zal híj in mijn plaats koning zijn … Toen beefden alle genodigden die bij Adonia waren … Het besluit van David wordt direct uitgevoerd. David zorgt voor de aanwezigheid van een priester, profeet en lijfwacht, de krethi en de plethi. Hij laat Salomo op een koninklijk rijdier rijden naar

LEZEN: 1 Kon. 1:1-31: … hebt ú gezegd: Adonia zal na mij koning zijn? Koning David is oud, niet alleen in leeftijd (ongeveer 70 jaar) maar vooral qua gesteldheid. Hij heeft een veelbewogen leven gehad. Hij kan zijn lichaam niet meer warm krijgen, zelfs niet met dekens. Een mooi meisje wordt gevonden in Abisag; zij

LEZEN: Rom. 8:38,39: Want ik ben ervan overtuigd dat noch dood, noch leven …. noch enig ander schepsel ons zal kunnen scheiden van de liefde van God in Christus Jezus, onze Heere. Paulus mag namens Christus ons als gelovigen versterken in ons geloof. Hij heeft daarvoor al veel aangedragen. Hij komt nu met een slotconclusie.

LEZEN: Rom. 8:35-37: … Wij worden beschouwd als slachtschapen, maar in dit alles zijn wij meer dan overwinnaars door Hem Die ons heeft liefgehad. In vers 37 bedoelt Paulus niet te zeggen dat wij bij de wederkomst meer dan overwinnaars zullen blijken te zijn. Dat is op zichzelf wel waar. Dan zal de zaak van

LEZEN: Rom. 8: 31-34: … Als God voor ons is, wie zal tegen ons zijn? … Paulus schrijft in vers 31: “wat zullen wij dan van deze dingen zeggen?” Dat betreft het evangelie dat we als kinderen van God ook erfgenamen zijn, maar die erfenis alleen bereiken door lijden heen. Daarbij komt God onze zwakheid

LEZEN: Rom. 8:28-30: En wij weten dat voor hen die God liefhebben, alle dingen meewerken ten goede, voor hen namelijk die overeenkomstig Zijn voornemen geroepen zijn … Vers 28 zegt: “En wij weten, dat voor hen die God liefhebben, alle dingen meewerken ten goede”.  God wil Zijn kinderen door een tijd van lijden en moeiten