Bijbels Dagboek

LEZEN: Kol. 1:3-14 Geprezen zij de God en Vader… Die ons …. opnieuw geboren deed worden tot een levende hoop, … tot een onvergankelijke, onbevlekte en onverwelkbare erfenis, … – 1 Petr. 1:3-5 Petrus begint zijn brief na zijn groet aan de lezers met een lofprijzing aan God. Juist in verband met het geloof dat […]

LEZEN: 1 Petr. 1:1-7 …. aan de vreemdelingen in de verstrooiing …., uitverkoren, overeenkomstig de voorkennis van God de Vader, door de heiliging van de Geest,… – 1 Petr. 1:1,2 Ons leven op aarde, persoonlijk en als kerk, kun je vergelijken met een reis door de tijd. Een levensreis die wij als kinderen van God op

LEZEN: Luk. 11: 5-13. Immers, zovele beloften van God als er zijn, die zijn in Hem (Christus) ja en in Hem amen, tot verheerlijking van God door ons. – 2 Kor. 1: 20 We beëindigen onze gebeden met “amen”. Dat is een tweede natuur geworden. Wat zeggen we daarmee? Het betekent niet: nu is mijn gebed

LEZEN: Openb. 4. Hem nu die in staat is u vast te doen staan…. aan Hem, de alleen wijze God, zij door Jezus Christus de heerlijkheid tot in alle eeuwigheid. Amen.                 – Rom. 16: 25-27 De slotwoorden van het onze Vader houden niet alleen een belijdenis van ootmoed

LEZEN: Rom. 8: 28-39 Want van U is het Koninkrijk en de kracht en de heerlijkheid tot in eeuwigheid. Amen. – Matt. 6: 13b In heel ons leven zijn we afhankelijk van God als onze Vader. Niets is er wat we voor onze zaligheid van onszelf kunnen inbrengen. Dat maakt ons klein, maar tegelijk geeft

LEZEN: 2 Peter. 2 Dan weet de HEERE ook nu de godvruchtigen uit de verzoe­king te verlossen, maar de onrechtvaardigen te bewaren tot de dag van het oordeel, om gestraft te worden. – 2 Petr. 2:9 De tweede brief van Petrus beschrijft een samenleving die lijkt op de onze. Valse leer van dwaalleraars doet het volk

LEZEN: Jak. 1: 1-18 Zalig is de man die verzoeking verdraagt, want als hij beproefd gebleken is, zal hij de kroon van het leven ontvangen, die de HEERE beloofd heeft aan hen die Hem liefhebben. – Jak. 1: 12 De zesde bede begint met: “Leidt ons niet in verzoeking”. We bidden niet: Maak dat we

LEZEN: Matt. 18: 21-35 Maar als u niet vergeeft, zal uw Vader, Die in de hemelen is, ook uw misdaden niet vergeven. – Mark. 11: 26 De vijfde bede heeft nog: “zoals ook wij onze schuldenaren vergeven”.  Anderen vergeven die je iets hebben misdaan, is pas mogelijk als je inziet dat je zelf alleen van Gods

LEZEN: Luk. 7:36-50 Daarom zeg Ik u: Haar zonden, die veel waren, zijn haar vergeven, want zij heeft veel liefgehad; maar aan wie weinig vergeven wordt, die heeft weinig lief. –  Luk. 7:47 Net zoals de bede om ons dagelijks brood, hebben we ook de bede om vergeving van onze schulden elke dag nodig. Niet

LEZEN 1 Joh. 1:5-2:2 Als wij zeggen dat wij geen zonde hebben, misleiden wij onszelf en is de waarheid niet in ons. – 1 Joh. 1:8 De vijfde bede begint met: “vergeef ons onze schulden”. We kunnen alleen tot onze Vader in de hemel bidden als we oog hebben voor de schuld-vergevende genade, waarin we als